Page 15 - Handige gids voor de vogelliefhebber
P. 15



PrIegeLeN

eN PeUTereN




Grote bonte specht







Elk vogeltje eet zoals
het gebekt is. Kool-
en pimpelmees
beschikken over
een jn pincetje,
de eetstokjes
van de
merel zijn wat Merel
zwaarder uitgevallen,
een vinkensnavel is een
werktuig bij uitstek om zaden te
pletten en de specht gebruikt zijn snavel
als een hakbijltje om noten te kraken.
In de wintermaanden gaan nogal wat
insectenetende vogels over op een
vegetarisch menu. Niet dat ze dat plots zo
gezond vinden, maar omdat er dan weinig
vlees te krijgen is. Van de superbrandstof
die hij anders uit insecten haalt, schakelt
de specht over op diesel: noten en zaden
dus. Nu heeft de specht geen handen Appelvink Koolmees
om de kegel van een naaldboom vast
te houden zodat hij de zaden eruit kan
peuteren. Voor hij er op los timmert klemt hij de
buit in een groef in de ruwe schors van een boom.
In die spechtensmidse hakt hij vlijtig door om bij het
zaad te komen dat tussen de schubben verborgen zit. Is de
ene kant klaar, dan krijgt de achterkant van het werkstuk een
beurt. Leeggoed laat de specht zitten tot hij de groef nodig heeft
voor een nieuwe kegel.

15

Vink
   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20